Gepubliceerd in Het Parool op 17 januari 2015 als ‘De zweep voor wie zich misdraagt’
In het Andesgebergte in Peru bewaken de ‘rondas campesinas’ de rechtsorde. Met zwepen gemaakt van stierenpenissen bestraffen zij diefstal, overspel en dronkenschap, waarbij ze zich beroepen op eeuwenoude inheemse tradities.
Vanaf de hoofdstad Lima is het veertien uur rijden naar het op 2700 meter hoogte gelegen Cajamarca. Op strategische punten langs de kronkelende bergweg door de Andes staan mannen die verouderde jachtgeweren om hun schouders dragen. Ze houden passerende auto’s en bussen aan en nemen het kleingeld in in ontvangst dat de mensen hun door het open raam overhandigen. Het zijn de rondas campesinas, de boerenpatrouilles die er in de bergen van Peru voor zorgen dat automobilisten niet onderweg worden beroofd.