Op het beroemde Plaza Mayor in Madrid staan twee jonge Spaanse meisjes, vol bewondering staren ze naar de balkonnetjes die rondom uitkijken over het plein. Allebei hebben ze een medisch mondkapje op. Het is de tweede keer dat de achttienjarige Sara Rodriguez vanuit haar thuisprovincie Asturias in het noorden naar de hoofdstad is gekomen, haar vriendin Carmen Gonzalez was hier nog nooit.
“Normaal gesproken ga ik naar het buitenland”, zegt Rodriguez, studente aan een technische universiteit. “Maar met tests en quarantaines vond ik dat niets.” Haar vriendin knikt en trekt haar mondkapje strak aan het touwtje bij haar oor. Op de vraag waarom ze die nog dragen, antwoordt Rodriguez: “Het was heel slecht in Spanje. Er waren veel ziekenhuisopnames, veel doden. We mochten de deur niet uit aan het begin van de pandemie. Niemand wil daarnaar terugkeren.”