Achter de brandweerkazerne ligt een stapel stro klaar. Langgerekt, in verschillende hopen: het stelt een reeks heuvels met begroeiing voor, met een dalletje tussen twee hoger gelegen gebieden in. Wanneer een van de brandweermannen naar voren stapt om met een benzinebrander de stapel aan één kant aan te steken, zien we het vuur bewegen zoals dat bij een natuurbrand zou gaan.
Edgar Nebot, brandweerman hier in Catalonië, wijst: het vuur trekt knisperend langs de ene helling met de wind mee tot het hoogste punt, daar zie je de rook aan de ene kant terwijl het vuur juist linksom wordt getrokken. Het vuur beweegt zich traag tegen de wind in, waardoor zodra het dalletje is bereikt een duidelijk verschil ontstaat op de twee heuvelflanken van de tweede top: aan de ene kant gaat het vuur snel en aan de andere kant langzaam.